Adam Nicolson. The Mighty Dead. Why Homer Matters. Henry Holt & Co, 2014.

Wanneer ik ooit een cursus geef over populariseren, dan wordt The Mighty Dead verplichte stof voor de studenten – om te leren hoe het niet moet. Alles wat je kan verzinnen dat fout kan gaan, gaat fout.

Het boek begint met een soort hysterische liefdesverklaring aan Homerus. Ja, mensen, een goede popularisering laat altijd de betrokkenheid van de auteur bij zijn onderwerp zien. En Nicolson gaat zo ver om te beweren dat de Ilias en de Odyssee voor hem een soort heilige geschriften zijn. Uit die boeken, daar kun je pas het ware leven uit leren! 

Ik kan me best voorstellen dat iemand zoiets beweert, maar dan hoor je eigenlijk wel je hele boek op te hangen aan wat voor indrukwekkende zaken je allemaal zou kunnen leren uit Homerus, wat voor soort dingen het allemaal zegt, hoe prachtig mooi het allemaal is. Het boek zou eigenlijk alleen maar over de Ilias en de Odyssee gaan, in plaats van over allerlei ditjes en datjes uit de geschiedenis van het Homerus-onderzoek, en het leven van de auteur en Zeus weet wat niet al nog meer. 

De fascinatie van Nicolson lijkt bovendien vooral uit te gaan naar zijn geliefkoosde theorie dat de verhalen veel ouder zijn dan van 800 v.Chr. Meestal noemt hij 1800 v.Chr., maar op een bepaald moment laat hij zich helemaal meeslepen en suggereert hij dat je zelfs sporen van de oude Indo-Europeanen die naar Griekenland trokken kunt terugvinden – dan zitten we geloof ik nog duizenden jaren eerder. 

Ook hier laat Nicolson zich weer niet leiden door een wens te bewijzen. Mij lijkt het wetenschappelijk allemaal nogal gewaagd, om het zacht te zeggen, maar met wetenschappers gaat de auteur niet echt in gesprek. Daar komt dan nog eens bij dat je je afvraagt waarom uitgerekend zoiets zo'n boek nu zo vreselijk relevant zou maken.

En dan nog iets: het vaak heel oude onderzoek dat Nicolson wel noemt komt als ik het goed zie allemaal uit de Angelsaksische wereld. Van recentere dingen (minder dan 70 jaar oud) of van schrijvers uit andere landen heeft hij sowieso geen kennis gemaakt. Nicolsons bijbel is de Odyssee vertaald in het Engels. De traditie is die van John Keats en Chapman.

En dan is er nog de stijl. Het boek is vooral iets té leesbaar, met al die kostelijke persoonlijke anekdotes en beschrijvingen van van alles en nog wat, en dat hysterische geschreeuw. Nee jongens en meisjes, lees dit maar goed: het is een soort bijbel van hoe het niet moet.

Reacties

liz zei…
wetenschappelijk dan niet, maar los van dat hysterische klinkt het wel als een gezellig boek om te lezen
Adam Nicolson zei…
I do think Fonologische Microvariatie sounds as if it might be much more entertaining.
That is obviously true!

Populaire posts van deze blog

Paul Celan. Verzamelde gedichten. Amsterdam: Meulenhoff, 2003.

Walt Whitman. Leaves of Grass. Grasbladen. Amsterdam: Em. Querido, 2005 (1855).

Raoul de Jong. Jaguarman. Mijn vader, zijn vader en andere Surinaamse helden. Amsterdam: De Bezige Bij, 2020.